Naar hoofdinhoud
Naar homepagina

Nieuws & trends

Terug naar overzicht

Jelle van Buuren duidt het maatschappelijke klimaat

Jelle van Buuren is universitair hoofddocent aan de Universiteit Leiden - Institute of Security and Global Affairs. Zijn onderzoeksinteresses liggen onder andere in: complottheorieën, extreemrechts, nieuwe protestbewegingen en anti-institutionele bewegingen. In onze ogen iemand die het huidige maatschappelijke klimaat en bijbehorende onvrede uitstekend kan duiden. We gingen met hem in gesprek.

Jelle van Buuren
Foto: Universiteit Leiden

Wat valt u op aan het huidige maatschappelijke klimaat?

Dat is het wantrouwen in de overheid. Die is absoluut toegenomen de aflopen jaren. De periode tijdens de covid pandemie heeft daarin een katalyserende rol gespeeld. Maar ook het optreden van de overheid in de toeslagen affaire of gebrekkige herstelbetalingen voor de Groningers draagt bij aan het wantrouwen van de burgers.

Valt de overheid hier wat voor aan te rekenen?

Ze moet daar in ieder geval een zekere verantwoordelijkheid voor dragen. Je ziet overigens dat het wantrouwen van de burgers zich ook richt op media, wetenschappers en journalisten. De zogenaamde ‘elite’. Dat zijn anti-institutionele tendensen en die zijn niet zo makkelijk te grijpen. Maar een veelgehoorde klacht is dat de overheid te weinig zichtbaar is. Dus daarin ligt alvast een heldere opdracht voor de overheid.

‘We zijn minder gepolariseerd dan we denken’

Waarin bestaat die onzichtbaarheid van de overheid?

Dat zit hem in een aantal dingen. Denk bijvoorbeeld aan de enorme infrastructuur van digitale lokketten die je langs moet om ‘in contact’ te komen met de overheid. Of het feit dat je er niet altijd op kan rekenen dat je wordt teruggebeld. Een ander goed voorbeeld zijn de soms onleesbare brieven vanuit de overheid. Dit alles zorgt voor afstand tussen overheid en burger. Deze klachten komen terug in alle rapporten. Belangrijk is om vast te stellen dat de burger juist een overheid wilt die naast haar staat. Dit is niet in een klap op te lossen, maar de eerste stap is al erkennen dat dit probleem bestaat.

Foto: Nationale ombudsman

Wat zou de overheid concreet kunnen doen om de brug naar de burger te slaan?

Een aantal zaken zou al kunnen helpen. Om te beginnen zou de politiek er al goed aan doen om de maatschappij beter te lezen. Dat kan door zelf vaker de straat op te gaan en burgers te spreken. Maar dat ook door meer informatie op te halen bij anderen, denk bijvoorbeeld aan jongerenwerkers die precies weten wat er speelt in een wijk. De term ‘Haagsche bubbel’ is absoluut een bestaand fenomeen. We zitten veel te veel vast in efficiëntie denken, waar we continu op zoek zijn naar kortetermijnoplossingen zonder werkelijke normhantering of visie op de gewenste ordening van de samenleving. Hans Boutellier heeft daar het mooie woord pragmacratie voor gemunt. Maar als je niet goed weet wat er speelt onder de bevolking, en zelf geen visie hebt, ben je niet in staat richtinggevende oplossingen aan te dragen. Dus we moeten af van die technocratische bestuurscultuur. Verder zou het helpen als politici minder op de persoon spelen en het debat inhoudelijk voeren. Onderzoek laat zien dat taalgebruik van politici direct invloed heeft op de belevingswereld van de burgers.

De boodschap vanuit adviescommissie Marcouch is 'Koester de democratie.'
Foto: Nationale ombudsman

Zou je kunnen zeggen dat de maatschappelijke onrust groter is dan 10 jaar geleden?

Dat is ingewikkeld te beantwoorden. Tegenwoordig wordt vaker gezegd dat het qua polarisatie uit de hand loopt. Terwijl het in de praktijk genuanceerder ligt. Nederland is minder gepolariseerd dan we denken. We hebben namelijk een hele grote middengroep, die zich helemaal niet herkent in de extremen van het spectrum. Wel is het zo dat we die grote middengroep steeds meer uit het oog dreigen te verliezen. Dat is overigens ook iets waar de overheid meer mee zou moeten doen, die brede middengroep versterken.

Hoe komt het dat we die middengroep uit het oog verliezen?

Dat komt onder andere doordat we informatie verwerken volgens ‘de tweet van de week’. De opvallende (en daarmee vaak extremere) geluiden bepalen steeds vaker het nieuws. En daardoor krijgen de extremere opvattingen steeds meer ‘zendtijd’. Dit geeft een valse weergave van de werkelijkheid. De recente koranverbranding in Arnhem is een goed voorbeeld. Het wordt breed uitgemeten en aangejaagd via de (sociale) media, maar uiteindelijk gaat het getalsmatig maar om een heel klein groepje aanjagers dat hier garen bij denkt te spinnen. Bovendien blijkt uit elk onderzoek dat maatschappelijke onrust niet automatisch leidt tot rellen of geweld. Dus we moeten ook blijven relativeren.

Nou dat is een geruststellende boodschap om mee af te sluiten. Heeft u tot slot nog een nabrander?

Ik zou graag nog twee leestips willen meegeven. Ten eerste, het rapport van de adviescommissie Marcouch. Daarin staan praktische oplossingen om verbindingen tussen burgers en overheid te herstellen en de weerbaarheid van de democratische rechtsorde te versterken. Verder vind ik de essaybundel ‘#WOEST’ heel sterk. Dat gaat over hoe de overheid het beste om kan gaan met de verontwaardiging van burgers. Zeer inzichtelijk en vlot geschreven, echt een aanrader.

Relevant

  • Nieuws & trends
  • Lessen
  • Expert pool
  • Handelingskader
  • Netwerk Partners
  • Publicaties
  • Toegankelijkheid

Service